Lees alle columns van Jan Stoop op www.borneinbeeld.nl.
(Hint. Lees het onderstaande als een afsluitend vervolg op mijn vorige column over Albanië, het land waar ik in de zomer van 2007 was.)
Leila is mooi. Dát vooropgesteld. En luchtig gekleed. Het leidt (mij) soms af van wat ze wil laten zien: haar historische ouderlijke huis dat weer privé bezit is. Twee plakkaten op de toegangsdeur tot het woonhuis met twee imposante torens vragen om een bijdrage van één euro per persoon. Langzaam maar zeker, beetje bij beetje wordt het Zekate Huis opgeknapt en historisch verantwoord in zijn oude luister hersteld. De mooiste vroeg negentiende-eeuwse woonhuizen in Gjirokastër worden als uniek bestempeld. Leila’s huis behoort daartoe.
Veel huizen in het historische, traditionele Ottomaanse stadje in het zuiden van Albanië, 230 kilometer onder Tiranë (Tirana), zijn evenwel verwaarloosd, vervallen en geheel of gedeeltelijk ingestort. Daaronder ook het geboortehuis van de ook buiten Albanië bekende schrijver Ismail Kadare. Een ruïne is het. In wat hij een ongelofelijke stad noemde, een stad als in een droom. In zijn boek Het dromenpaleis gaat het over een sultan die elke week een droom voorgelegd krijgt over de toekomst van zijn rijk.
Sinds 2005 ‘bemoeit’ UNESCO zich met de ‘museumstad’. Het geboortehuis van de in 1985 overleden dictatoriale communistische leider Enver Hoxha is nu een etnografisch museum. Er is nog genoeg moois te zien. Waaronder het Zekate Huis uit 1812. En Leila, die, onder meer, de nog in gebruik zijnde waterput laat zien, de fraai bewerkte houten plafonds, de muren met fresco’s, de prachtig bewerkte open haard. De gastenkamer, alleen voor mannen!, met houten gluurroosters voor de vrouwen!!, ligt er uitnodigend bij.
Gjirokastër wordt de stad van de duizend trappen genoemd. Maar wie er geweest is, weet dat die er niet meer zijn. Glanzende kinderkopjes voeren de bezoekers naar boven, naar het alles overziende eeuwenoude kasteel.
Kadare nog een keer: “Het was een verrassende stad, die, zo leek het, onverwacht tijdens een winternacht uit de vallei te voorschijn was gekomen en die met moeite naar boven klauterde om zich te hechten aan de berg…”
Een foto, gemaakt vanuit een hotel tegenover de stad, bewijst het. Het is zo.
Jan Stoop, 3-11-2020